Vervoer van kinderen

Gordel vastgekliktOuders die voor vervoer instaan en spelers meenemen naar een uitwedstrijd worden tijdelijk begeleider van onze club. Wij vragen dan ook met aandrang om de nodige voorzichtigheid aan de dag te brengen: drinken en rijden gaan NOOIT samen. Uiteraard wordt ook NOOIT gerookt in de wagen van de begeleider.

Sinds 2008 is de Belgische wetgeving omtrent het vervoer van kinderen in de auto aangepast. Hieronder vindt u de belangrijkste informatie hieromtrent.

Algemeen

Vanaf 1 mei 2008 geldt dat er in auto’s die op alle plaatsen gordels hebben niemand meer zonder gordels mag worden vervoerd. Het aantal passagiers mag dan dus niet groter zijn dan het aantal gordels en niet groter dan het aantal welke is opgenomen in de auto inzittende polis. Zijn er bijvoorbeeld achterin drie gordels, dan mogen daar niet meer dan drie kinderen zitten.

Kinderen (iedereen onder de 18 jaar) kleiner dan 1,35 meter moeten zowel voorin als achterin de auto in een goedgekeurd kinderbeveiligingsmiddel (autokinderzitje) worden vervoerd. Een kinderzitje kan zijn: een babyautostoeltje, een kinderautostoeltje of een zittingverhoger. Alle goedgekeurde kinderbeveiligingsmiddelen (inclusief zittingverhogers) mogen voorin en achterin de auto gebruikt worden.

Zitplaats met airbag

Het is raadzaam om kinderen tot 12 jaar niet bij een airbag te zetten die ingeschakeld is. Kan het niet anders, zet dan de autostoel zo ver mogelijk naar achteren.

Gordels en kinderzitjes goed gebruiken

Het is verplicht om de autogordels en kinderzitjes te gebruiken op de door de fabrikant voorgeschreven manier. Zo zijn ze ook getest. Het is bijvoorbeeld niet langer toegestaan het diagonale deel van de gordel achter de rug langs of onder de arm door te dragen. De gordel is niet ontworpen om zo te worden gebruikt en werkt dan ook niet goed.

Geen plaats

Als er op de achterbank van de auto al twee kinderzitjes in gebruik zijn, is er vaak geen plaats meer voor een derde. In dat geval mag een kind op de overgebleven zitplaats de gordel gebruiken.

Andere kinderen meenemen

Van ouders en pleegouders wordt verwacht dat ze voor hun eigen kind een kinderzitje in de auto hebben. Maar er rijden misschien ook wel eens andere kinderen mee. Voor hen kan niet altijd een kinderzitje aanwezig zijn. Bij dit soort incidenteel vervoer over beperkte afstand (dus niet op een vakantiereis) volstaat gebruik van de gordel op de achterzitplaatsen voor kinderen vanaf 3 jaar (maar niet de eigen kinderen). Als dit regelmatig voorkomt, is het veel veiliger om toch voor één of meer extra kinderzitjes te zorgen.

Extra info

Extra informatie of specifieke vragen over dit onderwerp kan u terugvinden op de website van het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV).